gedrag

Het konijn is van huis ut een groepsdier.

Binnen de groep van de konijnen, evenals bij andere groepsdieren, hebben zich allerlei gedragsstructuren ontwikkeld om de verhoudingen tussen de konijnen in de groep onderling te versterken.

Eén van deze gedragingen is het 'sociale pelsverzorgen'.

Hierbij likt het konijn de vacht van een ander konijn.

Dot gedrag houdt het midden tussen een liefkozing en het reinigen van de vacht.

Indien het konijn ook bij ons alle kleding uitgebreid gaat likken is dat alleen maar een teken van genegenheid.

Het konijn voelt zich dan volledig op zijn gemak en ten teken van het feit dat hij de persoon, die bij me is, als een vertegenwoordiger van zijn groep ziet (wat een hele eer is geeft hij deze persoon een liefkozing in de vorm van het likken van de kleding o f de handen?

Dat gedrag toot heet konijn alleen als hij de mens volledig vertrouwd.

Om dit vertrouwen niet te beschamen is het wellicht het beste het dier te laten begaan. 

De band tussen de mens en het konijn wordt zo alleen maar sterker.

Grommen en brommen

Er moet onderscheid gemaakt worden tussen grommen en brommen.

Een konijn gromt als hij boos is.

Het is dan oppassen geblazen want het dier kan in deze gemoedstoestand bijten.

Waarschijnlijk heeft iemand hem pijn gedaan of wil hij met rust gelaten worden.

Het brommen is een geluid dat vrijwel alleen door de mannetjes gemaakt wordt.

Ze geven daarmee aan dat ze bereid zijn te paren.

Eigenlijk is het produceren van dit geluid dus een onderdeel van het hofmakerijgedrag.

Het mannetje kan dit geluid ook produceren als eer helemaal geen vrouwtje in de buurt is.

De mannetjes kunnen hun aandacht in zo'n geval op een voorwerp fixeren en ze kunnen er zelf toe overgaan dit voorwerp te 'dekken'.

Mannetjes die in het uiten van dit gedrag door een bepaald persoon gestoord worden, kunnen zeer snel een afkeer tegen die persoon krijgen en zelfs agressief worden.

Stoor het mannetje dus niet of zorg ervoor dat hij niet begrijpt da de storing in het uiten van dat gedrag van een bepaald persoon afkomstig is.

Opvoeding

Als het konijn los door de kamer koopt, moet het zeker opgevoed worden.

We dienen er echter bij voorbaat van overtuigd te zijn dat een konijn geen hond is en dus alleen met zachte hand iets geleerd kan worden.

Schreeuwen of stampen kan het dier al ernstig van slag brengen waardoor het stil in een hoekje wegkruipt en zich niet meer laat zien.

Sommige dieren vinden het heerlijk om de meubels in huis met hun tanden kennis te laten maken, andere en kunnen buitengewoon agressief zijn tegen 1 of meerdere personen en weer anderen vinden het heerlijk om alles van tafel te gooien.

Om deze dieren weer enigszins in het gareel te brengen, kan er van een plantenspuit gebruik gemaakt worden.

Spuit het konijn, iedere keer las hij het niet gewenst gedrag vertoont nat.

Het dier zal snel van zijn activiteit staken.

Het voordeel van deze methode is dat het konijn geen verband zal weten te leggen tussen het water ende persoon die hem besproeit.

Het dier  zal derhalve niet schuw worden.

Om het overmatig kanten te verhelpen, is het verstandig een knaagblik voor het konijn te maken (liefst van eikenhout).

Daarnaast kunnen de delen van de meubels waar het dier aan knaagt met bittere stoffen ingesmeerd worden.

Overmatige agressie ten opzichte van een bepaald persoon kan slecht met veel geduld opgelost worden.

Waarschijnlijk heeft die persoon het konijn in het verleden een keer verkeerd behandeld.

Slaan met de achterpoten

Dit gedrag wordt bij konijnen in het wild gezien als er gevaar dreigt.

Terwijl ze met hun achterpoten op de grond slaan produceren ze een geluid dat de andere konijnen van de groep waarschuwt voor de dreigende gevaar.

In de meeste gevallen zal het gevaar afkomstig zijn een dier dat op konijnen jaagt.

Bij tamme konijnen zien we dit gedrag al er iets niet in de haak is.

Bv. als er buiten honden blaffen of als iemand, die het konijn niet kent, te onvoorzichtig met de koii of de tafel waarop het komijn staat omgaat.

Het gedrag heeft bij het tamme konijn eigenlijk geen functie meer, maar het dier zelf weer zeer goed wat er mee bedoeld wordt,

Dat laatste word bv. duidelijk als we met de vlakke hand een paar keer op een tafel slaan.

De oren van het dier zullen zich zeer snel oprichten het zal zeer attent en met grote ogen om zich heen kijken.

In huis plassen

Soms kunnen konijnen plotseling in huis gaan plassen omdat ze menen dat hem territorium bedreigd wordt.

In het wild markeren konijnen hun leefgebied met urine en ontlasting.

Via deze geurvlaggen weten andere konijnen dat er in dit gebied al een groep konijnen leeft en dat ze daarmee rekening dienen te houden.

Vooral rammen zijn in het uitzetten van geurvlaggen zeer actief.

Ze besprenkelen in veel gevallen zelfs soortgenoten met een beetje urine.

Soms kunnen tamme konijnen er ook toe komen dit territoriumgedrag te uiten.

Wat opvalt is dat ze veelvuldig hun urine om donsdekens deponeren.

Waarschijnlijk verspreiden de donsdekens, doordat er dierlijke veertjes of haartjes inzitten, een geur waardoor het konijn denkt dat zijn territorium bedreigd word.

Zijn doel is daarbij de geur te verdrijven.

In veel gevallen heeft deze urine een lichtrode kleur en kan sterk geuren.

Soms wordt de raad gegeven het konijn niet meer te laten drinken, maar dat is natuurlijk pure dierenmishandeling?

Beter is het te zogen dat het dier niet meer in de kamer met de donsdeken kan komen.

Blijf het konijn onzindelijk, zet hem dan minimaal 3 weken terug in een kooi eh haal hem daar niet uit?

In de meeste gevallen is het dier daarna weer zindelijk.

Knagen aan snoeren en elektriciteitsdraden

Konijnen knagen en knabbelen graan aan val alles en nog wat.

Vooral elektriciensdraden en telefoonsnoeren zijn bij sommige konijnen zeer geliefd.

De snoeren bewegen en ze kunnen de draden vaak helemaal met hun mond omklemmen.

De dieren zijn er sterk door gefascineerd en daarom is het ze nauwelijks af te leren.

Hoe we er ook op letten, de dieren zullen altijd wel een moment van onoplettendheid weten te vinden om weer te slaan.

Als er spanning op de elektriciteitsdraden staat, is dat natuurlijk levensgevaarlijk voor het konijn.

Om ongelukken te voorkomen is het dan ook beter de dragen op een dusdanige hoogte door de kamer te leggen dat het konijn er niet bij kan komen.

Bij de telefoondraden dreigt er minder gevaar, maar om niet door het konijn afgesloten te worden, als het hem toch weer gelukt is het snoer door te knagen, is het ook beter deze draden voor het dier te verstoppen.

Traplopen

Een konijn is in staat over een korte afstand een hoge snelheid te ontwikkelen.

Het dier heeft daarvoor zeer goede ontwikkelde achterpoten en sterke spieren in de rug.

Op zich is het dier dus goed uitgerust op trappen te lopen.

Ook de op zich tere voetzooltjes zullen van de beweging nooit enige schade ondervinden.

De beweging van het traplopen is voor het konijn echter tocht een gevaarlijke bezigheid omdat het dier tijdens zijn wandeling over de traptreden kan schrikken dan kan vallen.

Ook kan het dier door allerlei oorzaken plotseling op de trap in paniek raken waardoor het gaat spartelen.

De spieren in de rug zijn zo sterk dat het dier zijn eigen rugwervels kan breken.

Het gevolg van de val en  van de gebroken rugwervel(s) is in veel gevallen dat het achterlijf van het konijn verlamd is.

Aangezien een therapie bij deze aandoening nauwelijks resultaat heeft, dient het afgeraden te worden om het dier trappen te latenlopen.

In de kmaer is er voor het konijn meestal ruimte genoeg en het is daar veel veiliger