aanschaf

Waarop letten

Konijnen mogen niet te jong bij hun moeder worden weggehaald.

Ze moeten minimaal 6 weken oud zijn, maar de voorkeur gaat naar 8 weken oud.

Vanaf 8 weken kunnen de jonge konijntjes de eerste infecties krijgen tegen besmettelijk ziekten.

Deze worden geregistreerd in een eigen dierenpasport.

Bij de aanschaf met het konijn vitaal en levendig zijn met schone ogen, neus en anus.

De beharing moet er goed verzorgd uitzien en glanzend.

Het dier mag niet mager aanvoelen en den tanden moeten beitelvormig zijn afgesleten.

Voor het vervoer kunt u een plastic kattenvervoermand gebruiken.

Zorg dat u tuis het konijnenverblijf in orde heeft en schaf ale benodigde spullen aan voordat u het dier gaat ophalen.

Houd er rekening maar dat heen konijn een hele tijd leef en geen wegwerpartikel is.

Het verzorgen van en het omgaan met een konijn kan met name kinderen veel plezier en vreugde geven.

Het kan echter weleens niet uitkomen dat het konijn nog verzorgd moet worden en dan moet er een oplossing gevonden worden.

Het is natuurlijk van belang dat het konijn niet ziek is.

Uit de oogjes mag geen uitvloeiing komen en de neusgaten dienen droog te zijn.

De neusvleugels bewegen tijden s het in- en uitademen rustig en regelmatig.

Kijk ook in de oren of deze schoon zijn.

Het slijmvlies aan de binnenkant van het oor zelf er normaal helder rose uit.

De snijtanden 4 in de bovenkaak en 2 in de onderkaak moeten recht boven elkaar staan.

De vacht van het konijn moet goed aansluiten en dient glanzend (bij sommige kleurlagen is dit moeilijk te zien).

Kijk ook of er geen ontlasting aan de staart kleeft en let op de ontlasting in het hok.

Het konijn mag niet overdreven schuw zijn, maar een te grote agressiviteit is ook verkeerd.

De laatste is ten testen door zacht met de hand over de rug van het konijn te strijken.

Let  er daarnaast op dat het konijn minimaal 6 weken oud is voordat tot de aankoop wordt overgegaan.

Nauwgezette fokkers laten het konijn pas op zo'n 8 tot 9 weken naar de nieuwe eigenaar verhuizen.

Dieren die te jong bij hun nieuwe baas aankomen sterven vak na korte tijd; way natuurlijk nooit de bedoeling is van de aanschaf.

Veilig naar huis

Vervoer u w nieuwe konijn bij het overbrengen met een goede transportkist.

Een open boodschappenmand of een kartonnen doos zijn volstrekt ongeschikt omdat ze er zo uitspringen.

Bij elke dierenspeciaalzaak zijn lichte, stevige transportboxen van kunststof te koop.

Deze dichte boxen, die meestal bovenop of van voren een traliedeurtje hebben, geven het konijn een gevoel van geborgenheid.

Koop geen te kleine box, jonge konijnen worden groter en u zult de box later beslist nog eens nodig hebben als u naar de dierenarts gaat of met uw konijn op reis gaat.

Rustig wennen

Zet het nieuwe gezinslid na thuiskomen direct in de volledig ingerichte kooi en laat het dier voorlopig met rust.

Observeren is toegestaan, maar pak het dier niet op en loop er niet mee rond in deze gevoelige gewenningsfase.

Als u het in de kooi moet beetpakken, moet u zich eerst even 'voorstellen'.

Kom langzaam dichterbij, zak door de knieën en spreek het konijn vriendelijk toe.

Grijp het dier eerst steeds het deurtje van de voorzijde gebruiken en open de klep bovenop pas later.

Bij te veel onrust en lawaai probeert het nog onzekere konijn zijn huisje binnen te vluchten.

genegenheid kunt u niet afdwingen.

Stel uw geduld op de proef tot de angst voor het aanraden is afgenomen en het dier uit eigen beweging toenadering zoekt.

Het zal echt niet lang duren voor u uw konijn zich ter begroeting aan de tralies omhoog strekt, wat lekkers uit uw hand neemt, u besnuffelt, zich over zijn kop laat aaien en achter zijn oren laat kroelen.

tip : zo test u het karakter van konijnen

• geen van beide ouderdieren is schuw en gedraagt zich agressief of angstig tegenover mensen.
• Een jon dier dat aan het geluid van zijn omgeving gewend is, laat zich zonder angst vastpakken.
• Het wennen aan kieren en andere huisdieren slaagt sneller als een jong konijn in een vergelijkbare omgeving is opgegroeid.
• Als u een hand in de kooi houdt, moet het jonge konijn doornieuwsgierig aan snuffelen en er niet voor wegvluchten.